homepage ambtelijk woordenboek
immers | [o.] 1. toch; 2. ook; 3. namelijk |
implementatie | [m.] 1. uitvoering; 2. invoering |
implementeren | [m.] 1. invoeren; 2. toepassen |
implicatie | [m.] gevolg |
impliceren | [m.] 1. betekenen; 2. inhouden |
in aanmerking nemen | [o.] rekening houden met |
in beginsel | [o.] 1. eigenlijk; 2. liever |
in casu | [o.] in het geval dat |
in concreto | [o.] 1. dus; 2. feitelijk |
in de gelegenheid zijn | [o.] kunnen |
in de nabije toekomst | [m.] 1. binnenkort; 2. snel |
in de nabijheid van | [m.] 1. vlakbij; 2. in de buurt van |
in de omstandigheid verkeren | [m.] 1. zijn; 2. hebben |
in de week leggen | [m.] 1. voorbereiden; 2. alvast beginnen |
in deze | [o.] hierin |
in dier voege | [o.] 1. zo; 2. op die manier |
in gemeen overleg | [o.] 1. samen; 2. in overleg met |
in goede orde | [o.] goed |
in het kader van | [m.] 1. binnen; 2. om; 3. op basis |
in het licht van | [o.] daarom |
in het merendeel van de gevallen | [m.] 1. meestal; 2. bijna altijd |
in mindere mate | [o.] minder |
in overweging nemen | [o.] nadenken over |
in samenwerking met (i.s.m.) | [o.] (samen) met |
in situ | [o.] 1. ter plekke; 2. meteen |
in toenemende mate | [o.] steeds vaker |
in verband met | [o.] 1. door; 2. omdat |
in werking stellen | [o.] 1. beginnen; 2. starten |
in werking treden | [o.] 1. (..) geldt vanaf; 2. beginnen |
incident | [m.] gebeurtenis |
incourant | [o.] ongewoon |
indicatie | [m.] aanwijzing |
indien | [o.] als |
inflatie | [m.] waardevermindering (van geld) |
ingeval | [o.] 1. bij; 2. als |
ingeval van | [o.] 1. bij; 2. als |
ingevolge | [o.] 1. door; 2. als gevolg van |
inhoudelijk | [m.] over de inhoud |
initiatief | [m.] 1. plan; 2. idee |
initieel | [m.] 1. eerst; 2. om te beginnen; 3. eigenlijk |
innovatie | [m.] vernieuwing |
institueren | [m.] 1. instellen; 2. oprichten |
institutionaliseren | [m.] 1. vastleggen; 2. invoeren |
integraal | [p.] 1. volledig; 2. helemaal |
integreren | [m.] 1. inpassen; 2. aanpassen; 3. bij elkaar brengen |
intentie | [o.] 1. bedoeling; 2. we willen |
interoperabel | [p.] goed te koppelen; 2. niet botsend |
interpretatie | [m.] 1. mening; 2. opvatting |
interventie | [m.] 1. tussenkomst; 2. stoppen |
inventarisatie | [m.] 1. nagaan; 2. kijken hoeveel er is |
inzake | [o.] 1. over; 2. rond |
item | [m.] 1. onderwerp; 2. punt |