Feedback is een cadeautje, zo vertelde een collega me ooit.
We hadden net een project-evaluatie achter de rug en ze had genoeg ‘cadeautjes’ voor me. Dit kon beter, dat moest voortaan anders, zus en zo nooit meer. Het werd de start van mijn haat-liefdeverhouding met feedback en The Red Pen District. Ofwel, met de rode pen die het zelfvertrouwen zwart kan kleuren.
Google weet het
Geef je als zoekterm bij Google het woord feedback, dan verschijnen er honderden zoekresultaten van websites waar je alles leest over hoe je feedback moet geven en ontvangen. Het gaat in de praktijk namelijk niet altijd goed waardoor een werkrelatie behoorlijk verstoord kan raken, zo lees ik veelvuldig. Ik neem dat – zelfs van Google – direct voor waarheid aan.
Wij tekstschrijvers zijn sterk afhankelijk van goede feedback om uiteindelijk tot een perfect eindproduct te komen. En ook al is een opdrachtgever nog zo’n expert in feedback geven, terugkoppeling naar de tekstschrijver vraagt ietsje meer uitleg. Van ons welteverstaan.
Tekst wordt stripverhaal
Bij een tekstschrijver komt een terugkoppeling vaak via de mail. En daar gaat regel numero uno (geef feedback face-to-face) al direct overboord. Logisch, het zou wat zijn als we na elke concepttekst een kop koffie gaan drinken met de opdrachtgever. Toch had ik laatst een voorval waarbij ik dat graag had gedaan. Want het document met feedback was verre van duidelijk.
Door de vele tekstballonnen aan de zijkant was mijn zorgvuldige tekst veranderd in een stripverhaal. Eerlijk is eerlijk; ze hadden een paar punten waardoor het artikel echt beter werd. Zo schreef iemand: “Hier zou ik graag ‘ontspoorde jongeren’ gebruiken in plaats van ‘adolescenten met een hulpvraag’ Dat geeft de urgentie beter weer en het past goed bij ons bedrijf.” Kijk, dat is nou duidelijk, onderbouwd en verbetert de tekst. Mijn liefde voor feedback werd hier bevestigd.
Slechte zin
Er stonden in hetzelfde document ook opmerkingen waarvan ik geïrriteerd raakte, omdat ze simpelweg onduidelijk waren. Een van de opmerkingen was: “Ik vind dit een slechte zin”.
Slik.
De reactie die op zo’n moment bij mij direct naar boven komt is vilein. Wat ik dan denk is: ehm, oke? Maar wat is er dan precies slecht? Want als tekstschrijver kan ik je melden dat het correct geschreven is en bovendien IN JE EIGEN WOORDEN.
En ook deze opmerking uit het document wil ik jullie niet onthouden: “Persoonlijk vind ik het allemaal iets te enthousiast.” Maar wat maakt het dan te enthousiast? Komt het door het uitroepteken dat ik plaatste? Het woordje enorm dat ik gebruikt heb? De opdracht was om het bedrijf energiek neer te zetten, hoe zou je het zelf willen zien? Klap op de vuurpijl was toch wel dat Els van de afdeling administratie en Chantal van marketing elkaar volledig tegenspraken in het document. En zij waren helaas niet de enigen. Superduidelijk voor de tekstschrijver! Wat willen jullie dat ik ervan ga maken?
Dag zelfvertrouwen
Het moge duidelijk zijn dat hier de haat uit de haat-liefdeverhouding om de hoek kwam kijken.
Herstelwerkzaamheden namen veel tijd in beslag en mijn zelfvertrouwen was door de rode pen in rook opgegaan.
Met angst en beven stuurde ik de tweede concepttekst naar het bedrijf. Maar de gifbeker was nog niet leeg. Die tekst was eveneens niet naar tevredenheid waarna ik de telefoon heb gepakt en de feedback face-to-face (of eigenlijk ear-to- ear) doornam.
Vervolgens was de klus zo geklaard. Iedereen blij.
Instructies geven
Wat ik anders had moeten doen, is vooraf betere instructies geven. Bijvoorbeeld: hoe wil ik de feedback ontvangen? Concreet en onderbouwd met een voorbeeld.
Hoe wil ik dat de communicatie verloopt? Het liefste met één persoon. Ook hier was het handig geweest als één iemand binnen het bedrijf de opmerkingen had gebundeld. Dan hadden Els en Chantal het maar moeten ‘uitvechten’ bij de koffieautomaat en dan had ik met heldere feedback verder kunnen gaan.
En zo gelden voor elke tekstschrijver eigen regeltjes om sneller en beter tot het gewenste eindresultaat te komen. Het vraagt van de opdrachtgever misschien iets meer tijd, maar uiteindelijk bereik je samen sneller de tekst waarmee je tevreden bent.
Centen als overtuiging
Feedback is dus inderdaad een cadeautje, maar het op de juiste manier geven en ontvangen, dat bepaalt de waarde. Voor zowel jou als de opdrachtgever.
Heb je als tekstschrijver nog extra motivatie nodig om de opdrachtgever te overtuigen van het geven van uitgebreidere feedback?
De zin: ‘Dit zal de tekst ten goede komen’ is leuk, maar het zinnetje dat vaak het beste werkt is: ‘U bent daarmee goedkoper uit’. Dat doet bij sommigen wonderen.
Meer over feedback lees je in het blog Wanneer is een tekst goed? van Marlies Wopereis