Het verschil tussen een interview door een tekstschrijver of door een journalist.
Interviews: een van de gereedschappen van een tekstschrijver. Ik houd ze vaak. Om informatie over een onderwerp of een organisatie te vergaren. Of om een mooi verhaal boven tafel te krijgen. Net als journalisten. Toch zijn er verschillen, want ik ben niet van de pers.
In de aankondiging van Het Grote Interviewtheater – een jaarlijks evenement met bekende journalisten – stond het zo: Hoe bewerk je als interviewer een gesprekspartner om te bereiken dat die zijn verdediging laat zakken? Welke strikvragen en trucs werken altijd?
Ik ging niet.
Niet uitlokken
Natuurlijk had ik er wat van kunnen leren. Maar de toon van de uitnodiging stond me vreselijk tegen. Interviewen gaat bij mij niet om mensen uitlokken om meer te vertellen dan ze willen. Als ik mensen interview, dan help ik ze hun ideeën goed te verwoorden. Hun gedachtegang te structureren. Tot de kern van de zaak te komen. Vervolgens schrijf ik dat mooi op. Misschien wel mooier dan ze het hebben gezegd.
Wel respecteren
Niet alles wat in een gesprek aan de orde komt, gebruik ik in een tekst. Mensen vertellen vaak meer dan nodig is. En soms ook meer dan ze eigenlijk willen loslaten. Laatst sprak ik een medewerker van een woningcorporatie. Vanwege een heel persoonlijke reden heeft ze een aantal jaar niet gewerkt en nu is ze blij met haar parttime baan. Ze schrok er zelf van dat ze dat aan mij vertelde en ze wou het echt niet in het stukje. Veel van haar collega’s wisten het niet eens. Natuurlijk vind ik dat jammer. Het persoonlijke detail had het artikel over haar werk nog meer kleur gegeven. Maar was het noodzakelijk? Nee, en dus liet ik het weg.
Ook meedenken
De manier waarop mensen iets zeggen, komt tijdens een interview ook vaak ter sprake. ‘Is het wel handig om het zo te formuleren?’, vraag ik dan. Ik weet dat de woorden van de geïnterviewde anders kunnen overkomen dan hij bedoelt. Samen zoeken we naar een formulering die beter past. Ik creëer ruimte om vrijuit te praten, hardop te denken en zo komen de mooiste uitspraken boven.
Altijd laten nalezen
De geïnterviewde mag de tekst altijd nalezen op foutjes. En meer dan dat: als dingen bij nader inzien onhandig geformuleerd zijn, mag het anders. Een gehaaide journalist zou schermen met de opnames: ‘Zo heb je het echt gezegd!’ Ik ben milder.
Nee ik ben niet van de pers. Ik ben niet uit op een scoop. Bij mij geen trucs en strikvragen. Het gaat mij om een verhaal waar de geïnterviewde blij mee is. Het mooiste compliment dat ik ooit kreeg na een interview? ‘Zo had ik het willen zeggen.’
Foto van Lewis Fagg gevonden op Unsplash