Wel of geen tarieven op je site? Een portfolio? Een blog? ‘Van alle websites is je eigen site het moeilijkst,’ verzuchtte een collega-tekstschrijver onlangs op het forum van Tekstnet. Ze heeft een punt.
Wel of geen tarieven op je site? Een portfolio? Een blog? ‘Van alle websites is je eigen site het moeilijkst,’ verzuchtte een collega-tekstschrijver onlangs op het forum van Tekstnet. Ze heeft een punt.
Je draait je hand niet om voor de webteksten van een opdrachtgever, maar je eigen site, dat is een ander verhaal. Elke letter moet voor je gevoel kloppen. Want hé, een tekstschrijver met een slecht geschreven website is als een schoenmaker op badslippers. Maar hoe prijs je jezelf aan? Wat zet je erop en wat vooral niet? En moet je als tekstschrijver überhaupt een website hebben?
Dilemma 1: wel of geen tarieven?
Meteen maar een heet hangijzer. Voorstanders zeggen: lekker duidelijk en het scheelt pijnlijke stiltes in gesprekken met potentiële klanten. En zelf vinden we het ook fijn om online prijzen te kunnen vergelijken, nietwaar?
Bandbreedte
En toch publiceert waarschijnlijk een meerderheid van de tekstschrijvers geen tarieven. Ik ook niet. Binnen een bepaalde bandbreedte wisselt mijn tarief namelijk. Dit hangt van allerlei factoren af, zoals de opdrachtgever, de aard van het werk, de omvang en de deadline. Transparantie is prachtig, maar niet als je jezelf ermee in de voet schiet.
Producten of diensten
Ik kan me situaties voorstellen waarin je wél prijzen op je website vermeldt. Bijvoorbeeld als je niet met uurtarieven werkt, maar producten of diensten aanbiedt. Het hangt ook af van je opdrachtgevers. Zijn dat grote organisaties en bedrijven, of zzp’ers en kleine winkeliers? Denk er in ieder geval goed over na. Ik zou zelf het alleen doen als de markt waarin je werkt erom vraagt.
Dilemma 2: wel of geen portfolio
Vermeld je je opdrachtgevers op je website? Het lijkt een no-brainer, maar ook hier: denk er wel over na. Ik heb op mijn website bijvoorbeeld alleen de opdrachtgevers vermeld die passen in mijn niche. Zo creëer ik een consistent profiel en heb ik meer kans om nieuwe opdrachtgevers aan te trekken die in mijn straatje passen.
Plaats je voorbeelden van eerder werk? Ik zou het doen als dat kan. Potentiële opdrachtgevers krijgen zo een beter idee van wat je kunt. Maar ook hier: stop in je portfolio het liefst het soort werk waar je meer van zou willen. En als je voorbeelden van opdrachten op je site plaatst, zul je dit wel regelmatig moeten bijwerken. Is je overzicht nog actueel? Werken alle links nog?
Recensie
In veel gevallen zal het lastig zijn. Bijvoorbeeld als je met meerdere tekstschrijvers aan dezelfde opdracht hebt gewerkt. Of als je schrijft voor het intranet van een organisatie. Ik doe zelf veel redigeeropdrachten. Ik weet dat dat saaie rapport eerst echt onleesbaar was en dat de opdrachtgever zelf dat jargon wilde laten staan. Maar een ander ziet gewoon een saai rapport met een hoop jargon. Als alternatief zou je je opdrachtgever kunnen vragen om een recensie.
Dilemma 3: wel of geen blog
Het is lang het adagium geweest: gij zult bloggen. In een blog etaleer je je expertise, het geeft je meer autoriteit op je vakgebied en het zorgt voor content op je website. Nog een sausje SEO er overheen en je rankt beter in Google dan je concurrenten.
Lange adem
Allereerst: begin niet aan een blog als je het niet leuk vindt. Je moet een lange adem hebben en als het een moetje is, dan hou je dat niet vol. Ten tweede: verwacht niet dat het veel oplevert. Er zijn natuurlijk uitzonderingen, maar over het algemeen ligt de tijd dat bloggen nog echt hielp voor de vindbaarheid van je site wel een beetje achter ons.
Echte verhalen
Ik heb twee keer een opdracht binnengehaald dankzij mijn blog. Maar ik blogde toen wel heel veel – gemiddeld een à twee keer per week – en jarenlang. Bovendien blogde ik niet over tekstschrijven, maar over de grote ommezwaai die ik maakte in mijn leven: mijn emigratie naar het Noord-Spaanse platteland. Daar houden mensen van: echte verhalen.
Ik sleepte er een droomopdracht mee binnen, omdat een ambtenaar mij vond op de woorden ‘tekstschrijver’ en ‘storytelling’. Verder werk ik al enkele jaren voor een opdrachtgever die fan was van mijn blogs. Maar als je het puur voor je vindbaarheid doet, zou ik er niet aan beginnen.
Dilemma 4: wel of geen website?
Wat als je helemaal geen eigen site hebt als tekstschrijver? Is dat erg? Wellicht niet. Als je met een aantal vaste opdrachtgevers werkt en je netwerk je goed weet te vinden via kanalen als LinkedIn, dan kun je misschien best zonder. Laten we wel wezen: bij de meeste tekstschrijvers komen nieuwe opdrachtgevers niet via hun website binnen.
Een eigen site blijft natuurlijk wel een handige verzamelplaats voor je contactgegevens, je expertise en links naar je relevante sociale media-accounts. Het is deze statische variant die ik zou aanraden als je geen zin hebt om wekelijks of maandelijks iets met je website te doen. Beter een eenvoudig en stijlvol online visitekaartje, dan een website met allerlei toeters en bellen waarop de spinnenwebben zichtbaar zijn.
Foto: Richard Balog via Unsplash
