Ik redigeer regelmatig onderwijsmateriaal. Leerboeken voor een brede doelgroep. Ik lees:
‘Een voorbeeld: Klaas Klaassen is directeur van een vrachtwagenbedrijf en verkoopt zijn aandelen aan zijn zoon Piet.’
De zin is correct. En tóch. Bij mij knaagt het: brede doelgroep, brede doelgroep. Ik doe een tekstvoorstel:
‘Een voorbeeld: Denise Lasso is directeur van een vrachtwagenbedrijf en verkoopt haar aandelen aan haar zoon Kevin.’
De opdrachtgever reageert blij verrast: ‘Wat een goed idee!’ Want wie herkent zich nog in Piet en Klaas? Het is 2019! Maar het zit ’m niet in namen alleen. Het gaat me ook om rolmodellen. Ik ga daarom nog een stap verder. In het volgende leerboek staat:
‘Het echtpaar Jansen gaat een man-vrouwfirma aan. Hans Jansen is zelfstandig advocaat. Zijn vrouw Helga verricht allerlei nevenactiviteiten, zoals het verzorgen van de administratie.’
De juridische term is nu eenmaal ‘man-vrouwfirma’, daar kan ik niets aan veranderen. Maar wel aan het voorbeeld:
‘Het echtpaar Hoogervorst gaat een man-vrouwfirma aan. Stefan Hoogervorst is huisarts. Zijn man Simon verricht allerlei nevenactiviteiten; hij verzorgt de administratie en maakt de praktijk schoon.’
Een simpel voorbeeld van mijn maatschappelijke bijdrage als tekstschrijver. En daar ben ik trots op.
Aleid Bos – apctekst.nl